Lezing 14 februari 2022 door Fred Pieters

‘Langs de Katten-, Blekers- en Fluwelensingel had Gouda wasserijen en blekerijen staan. Dat begon in 1555, dat werden er geleidelijk meer, en op het hoogtepunt waren er 77. En waarom werd de was van heinde en verre naar Gouda aangevoerd? Omdat de ketels hier werden gestookt met goedkope turf en omdat we schoon, kalkarm water hadden. De asresten van de turf werden verwerkt tot zeep die ook in de wasserijen werd gebruikt, terwijl er buiten de singels ruimte voor bleekvelden was.’

In vogelvlucht en sneltreinvaart nam Fred Pieters, o.m. docent aardrijkskunde en geschiedenis op de GSG Leo Vroman en al jaren stadsgids, zijn gehoor in de Westerkerk op maandag 14 februari mee naar het rijke industriële verleden van Gouda. Aan de hand van zowel oude afbeeldingen als recente foto’s genomen door Rinus Lasschuyt gaf hij een overzicht van de takken van industrie en nijverheid die eind 19e, begin 20e eeuw het stadsbeeld bepaalden en de restanten van dit verleden anno 2022. Gelardeerd met anekdotes voerde hij zijn ruim 150 toehoorders vanaf de oude Rijks-HBS via een ruime bocht van oost naar west om de singels heen om te eindigen in de binnenstad.

Ingeleid door Paul van der Pol, sinds kort voorzitter van de Lezingencommissie van Die Goude, liet Pieters zien hoe hij zijn leerlingen liefde voor en kennis van hun stad probeert bij te brengen. Van de Melkinrichting aan de Karnemelksloot ‘wandelde’ hij via de Chocoladefabriek van Steenland aan Klein Amerika naar Stoom-Ververij en Chemische Wasscherij “De Pelikaan” en de Spit & Van Catz’ Touwfabrieken aan de Fluwelensingel. De tram Gouda-Schoonhoven kwam ook voorbij, figuurlijk dan. Het Wapen van Amsterdam (Blekerssingel), Stoomwasserij H. Schrave & Zn. (Boelekade), Beschuit-, Koek- en Suikerwerkfabrieken “de Eierenkorf” (Eerste Kade), de sigarenfabriek van Donker (Vossenburchkade) en nog vele andere werden besproken of simpelweg aangestipt, om te eindigen bij Gouda’s Glorie aan de Hoge Gouwe.

Hij wees de aanwezigen tussendoor ook op de neorenaissancestijl van de huizen van rond 1900, een stijl die we ook vinden in bv. de Gouwekerk. Het was een tijd waarin een duidelijk onderscheid gold tussen de gegoede burgerij, de hogere middenstand, de lagere middenstand en de arbeiders. Pieters: ‘En wat mijn leerlingen altijd wel leuk vinden, is de oorsprong van het woord Hanepraai, de bocht bij de Fluwelensingel. Langs de kwelsloot die daar loopt, groeide vroeger hennep, en die hoek werd daarom aangeduid als ‘Henneprij’. De Gouwenaars hebben dat met hun accent verbasterd tot Hanepraai.’

(Jean-Philippe van der Zwaluw tekst/ Rinus Lasschuyt foto)